Jaar 1, blok 4
Bedrijfseconomie:
Liquiditeitsoverzicht:
Bevat eigenlijk alle veranderingen van kas/bank in beeld. Zo kan je precies zien wat er binnen is gekomen en wat er uit is gegaan.
Liquiditeitsoverzicht:
Bevat eigenlijk alle veranderingen van kas/bank in beeld. Zo kan je precies zien wat er binnen is gekomen en wat er uit is gegaan.
![Foto](/uploads/2/0/9/6/20961048/6258751.jpg)
Innovatie theorie:
Business model canvas:
Met dit model kan je een goed beeld van een bedrijf krijgen. Dit model verdeelt een bedrijf op in 9 blokken die allemaal iets zeggen over het bedrijf. Door dit model in te vullen kan je goed zien waar de sterke en zwakke punten van een bedrijf liggen en kan je goed zien waar een bedrijf zich dus op kan verbeteren.
Co – creatie:
Co creatie is een vorm van innoveren. Hierbij maakt een bedrijf de producten die de klant zelf bedacht heeft. Een goed voorbeeld hiervan is de lays maak de smaak. Zo maakt de consument de smaak en maakt lays vervolgens de chips.
Patronen:
Dit zijn verschillende manieren waarop bedrijven klanten lokken en binnen houden. Zo heb je de long tail, waarbij een bedrijf van heel veel verschillende producten een paar soorten aan biedt. De bait and hook waarbij het bedrijf de consumenten binnen haalt met een lokkertje en ze vervolgens verrast met hoge prijzen voor andere dingen.
Open innovatie:
Je kan als bedrijf alles zoveel mogelijk binnen je eigen bedrijf proberen te houden en alles zo veel mogelijk geheim proberen te houden voor de concurrentie. Wat ook kan is open innovatie, hierbij zet je je probleem of nieuwe product bijvoorbeeld op internet en vervolgens vraag je eigenlijk aan de consument, wat vindt jij er nou van. Hierdoor komen vaak hele goede ideeën die je kunt toepassen.
Blue ocean:
Als je in een blue ocean zit betekend dat eigenlijk dat je als enige iets aanbiedt. Dit is een ideale situatie omdat iedereen die een bepaald product wilt alleen maar bij jou terecht kan en jij dus alle macht in handen hebt. Tegenovergesteld heb je ook de red ocean waar er juist heel veel aanbieders zijn en je eigenlijk geen macht hebt.
Eigendomsrecht:
Handelsnaam:
Een handelsnaam is eigenlijk een andere naam voor een bedrijf. Zo schrijf je je bedrijf bij de kamer van koophandel in waar het een vrij lastige naam krijgt. Een handelsnaam wordt vaak gebruikt zodat het makkelijk te onthouden is en je het gelijk associeert met een bepaald product.
Auteursrecht:
Auteursrecht is het recht dat je krijgt als jij iets geschreven of bedacht hebt. Dit zorgt ervoor dat niet zomaar iedereen jouw geschreven tekst kan gebruiken of er mee mag verdienen.
Octrooirecht:
Een octrooi is een ander woord voor een patent. Het geeft je het alleenrecht om een bepaald product of een bepaald iets te voeren. Om een octrooi te krijgen moet het wel echt een super idee zijn want het moet aan allerlei vereisten voldoen.
Business model canvas:
Met dit model kan je een goed beeld van een bedrijf krijgen. Dit model verdeelt een bedrijf op in 9 blokken die allemaal iets zeggen over het bedrijf. Door dit model in te vullen kan je goed zien waar de sterke en zwakke punten van een bedrijf liggen en kan je goed zien waar een bedrijf zich dus op kan verbeteren.
Co – creatie:
Co creatie is een vorm van innoveren. Hierbij maakt een bedrijf de producten die de klant zelf bedacht heeft. Een goed voorbeeld hiervan is de lays maak de smaak. Zo maakt de consument de smaak en maakt lays vervolgens de chips.
Patronen:
Dit zijn verschillende manieren waarop bedrijven klanten lokken en binnen houden. Zo heb je de long tail, waarbij een bedrijf van heel veel verschillende producten een paar soorten aan biedt. De bait and hook waarbij het bedrijf de consumenten binnen haalt met een lokkertje en ze vervolgens verrast met hoge prijzen voor andere dingen.
Open innovatie:
Je kan als bedrijf alles zoveel mogelijk binnen je eigen bedrijf proberen te houden en alles zo veel mogelijk geheim proberen te houden voor de concurrentie. Wat ook kan is open innovatie, hierbij zet je je probleem of nieuwe product bijvoorbeeld op internet en vervolgens vraag je eigenlijk aan de consument, wat vindt jij er nou van. Hierdoor komen vaak hele goede ideeën die je kunt toepassen.
Blue ocean:
Als je in een blue ocean zit betekend dat eigenlijk dat je als enige iets aanbiedt. Dit is een ideale situatie omdat iedereen die een bepaald product wilt alleen maar bij jou terecht kan en jij dus alle macht in handen hebt. Tegenovergesteld heb je ook de red ocean waar er juist heel veel aanbieders zijn en je eigenlijk geen macht hebt.
Eigendomsrecht:
Handelsnaam:
Een handelsnaam is eigenlijk een andere naam voor een bedrijf. Zo schrijf je je bedrijf bij de kamer van koophandel in waar het een vrij lastige naam krijgt. Een handelsnaam wordt vaak gebruikt zodat het makkelijk te onthouden is en je het gelijk associeert met een bepaald product.
Auteursrecht:
Auteursrecht is het recht dat je krijgt als jij iets geschreven of bedacht hebt. Dit zorgt ervoor dat niet zomaar iedereen jouw geschreven tekst kan gebruiken of er mee mag verdienen.
Octrooirecht:
Een octrooi is een ander woord voor een patent. Het geeft je het alleenrecht om een bepaald product of een bepaald iets te voeren. Om een octrooi te krijgen moet het wel echt een super idee zijn want het moet aan allerlei vereisten voldoen.